A.F.A.M. (Ton) Wetzer, 12 februari 2020
Ter plaatse van dit pand en het hierna volgende nummer 12 stond een breder. In de 17de eeuw is het pand grotendeels vernieuwd, met gebruikmaking van de drie oudere eiken kapspanten. Mogelijk dateert de smalle kelder ook uit deze bouwperiode. De indeling van de kelder en de plaats van de toegangstrap in het midden doen vermoeden dat er halverwege het pand een tussenmuur stond. De achtergevel en vermoedelijk | 363 |
de beide zijmuren zijn eveneens 17de-eeuws. Mogelijk heeft de verbreding van de Ridderstraat in 1662 aanleiding gegeven tot het vernieuwen van het pand. | 364 |
BeschrijvingAlgemeen:Het pand Ridderstraat 8/10 bevindt zich in een gesloten gevelrij aan de oostzijde van de Ridderstraat in het bouwblok dat aan de noordzijde grenst aan de Markt, in het oosten aan de Kolperstraat en in het zuiden aan de Fonteinstraat. Het ondiepe pand staat op een rechthoekig perceel. Op het kadastraal minuutplan van 1823 is te zien hoe het pand deel uitmaakte van een dieper, L-vormig perceel. Op het achterste deel van het perceel, op het binnenterrein van het huizenblok, bevond zich een tweede pand dat haaks, nu evenwijdig, op de Ridderstraat is georiënteerd. Beide panden zijn van elkaar gescheiden door een binnenplaats. Het pand op het binnenterrein was toegankelijk via het pand Ridderstraat 8/10 als mede vanaf de Kolperstraat via een overdekte steeg tussen de panden Kolperstraat 11/13 en Kolperstraat 15/17. Dit pand hoort niet bij het huidige perceel Ridderstraat 8/10 en zal derhalve buiten beschouwing worden gelaten. Het pand aan de Ridderstraat heeft een rechthoekige plattegrond en omvat vijf niveau’s, te weten een kelder, een begane grond, twee verdiepingen en een zolderverdieping onder een met gesmoorde opnieuw verbeterde Hollandse pannen gedekt zadeldak met een wolfeinde aan de voorzijde. Achter de 18de-eeuwse of vroeg 19de-eeuwse lijstgevel bevindt zich een laatmiddeleeuws pand, waarvan in de 17de eeuw de balklagen, de kapconstructie en de achtergevel zijn gewijzigd. Er zijn geen aanwijzingen dat het pand oorspronkelijk een onderverdeling kende in een voor- en achterhuis.Voorgevel:De 18de-eeuwse of vroeg 19de-eeuwse lijstgevel is voorzien van een laat 19de-eeuwse pui met een moderne invulling (1985). De pui bestaat uit een gestucte omlijsting met relief en oorspronkelijke kozijnen met een moderne invulling. De oorspronkelijke toegangsdeur bevindt zich aan de linkerzijde van de pui en heeft een bovenlicht. De pui bestaat verder uit vier deuren met glas met 4-ruits bovenlichten en wordt beëindigd door een geprofileerde kroonlijst die grotendeels wegvalt achter de moderne zonwering. Op de eerste verdieping bevonden zich oorspronkelijk twee 6-ruits schuifvensters die zijn gewijzigd tot draaiende onderramen en vaste bovenlichten. De vensters zijn geplaatst in de originele kozijnen met een zware profilering. De oorspronkelijke 4-ruits schuiframen op de tweede verdieping zijn eveneens thans gewijzigd in een draaiend onderraam en een vast bovenlicht. Alle vier de vensters zijn voorzien van anderhalfsteens strekken en gecementeerde raamdorpels. De gevel eindigt met een brede geprofileerde kroonlijst met bloktand onder een uitkragende geprofileerde bakgoot. In het dakschild bevindt | 1 |
zich een dakkapel met plat dak en een 4-ruits venster met een draairaam.Linkerzijmuur:De linkerzijmuur is een gemeenschappelijke zijmuur met het buurpand Ridderstraat 6. Het muurwerk behoort tot de laat-middeleeuwse opzet van het pand.Rechterzijmuur:De rechterzijmuur vormt een gemeenschappelijke zijmuur met het buurpand Ridderstraat 12 en bevat nog laat-middeleeuws muurwerk.Achtergevel:Aan de achterzijde bezit het pand een 17de eeuwse tuitgevel die op de begane grond gedeeltelijk is ingebouwd. In het opgaand muurwerk van de eerste verdieping is een korfboog en een segmentboog zichtbaar. Dit deel van de gevel is in de 19de eeuw gedeeltelijk vernieuwd, waarbij twee 6-ruits schuiframen zijn aangebracht. Op de tweede verdieping bevindt zich onder een steens boog een 18de-eeuws raamkozijn met schuiframen waarvan het bovenste schuifraam nog de oorspronkelijke 18e-eeuwse roedenverdeling bezit. In de top is een 19de eeuws 4-ruits draairaam geplaatst. De tuitgevel is afgewerkt met vlechtingen en was mogelijk oorspronkelijk uitgevoerd met schouderstukken en een topstuk.Op grond van de bouwsporen kan gereconstrueerd worden, dat deze achtergevel in de 17de eeuw waarschijnlijk op de eerste en tweede verdieping kruiskozijnen heeft gehad met een bolkozijn op het niveau van de zolderverdieping. Interieur:Onder het pand bevindt zich een laat-middeleeuwse kelder. Het voorste deel is voorzien van een segmentboogvormig gewelf. De zoldering van het achterste deel van de kelder bestaat uit een enkelvoudige balklaag. De oorspronkelijke keldertoegang bevond zich aan de straatzijde. Tegenwoordig is de kelder inpandig toegankelijk. Het pand is voorzien van enkelvoudige balklagen (XVII?). De 17de-eeuwse kap is met behulp van hergebruikte eiken kaponderdelen opgebouwd, waar nodig aangevuld met grenen. De drie spanten hebben een opbouw als dekbalkjuk met krommers. Het is onduidelijk of de dekbalkjukken voorzien waren van windschoren. Op dit juk staat een schaarspant met tussenbalk, windschoren, wormen en een nokbalk. Over de sporen is een beschieting van grenen delen aangebracht.Redengevende omschrijvingHet pand Ridderstraat 8-10 heeft een hoge monumentale waarde vanwege de grotendeels nog aanwezige laat-middeleeuwse kern waartoe de kelder en de zijmuren behoren, vanwege de nog goeddeels aanwezige 17de-eeuwse wijzigingen waartoe de balklagen, de kapconstructie en de achtergevel gerekend kunnen worden. Het pand heeft een hoge stedenbouwkundige waarde vanwege de situering in de oude stadskern. | 2 |
Kelder eind 16e eeuw zeker aanwezig. |
Lautenslager1376. "De Korenbeurs", ook "'t Roodhuis". | 70 |
2017 |
Het is een klap, maar de kroegbaas blijft monterAlles is zwart. Van de bar is weinig meer over en de rookruimte is weggesmolten. Het bekende feestcafé Lalalaa aan de Bossche Ridderstraat is gisteravond zwaar beschadigd door een ferme brand. Maar het had nog veel erger kunnen zijn, beseft eigenaar Marcel van Zwam.
Tom van der Meer | Brabants Dagblad donderdag 13 juli 2017 | Regio 6
|
|
2017 |
Het is één grote, zwarte bendeDe schade wordt opgenomen en naar de oorzaak wordt gezocht na de brand woensdagavond in het Bossche feestcafé Lalalaa.
Bart Gotink | Brabants Dagblad vrijdag 14 juli 2017 | Regio 2
|
1908 | L. Hurkens |
1910 | L. Hurkens |
1928 | mej. A. Strobbe - wed. Ch. Strobbe |
1943 | A.J. Kuijlenburg (koopman) |
1865 | J.L. Ancion (koek- en banketbakker) - J.D. van Hest (conducteur eener diligence) - J.C. Lautenslager (mr. schoenmaker) |
1875 | J.L. Ancion (koek- en banketbakker) - F. Claheij (partikulier) - A.W. Vaas (mr. kleerm. en winkelier. in mantels) |
1881 | wed. M. van Balthoven (partikuliere) - A.W. Vaas (mr. kleermaker) |
1908 | L. van Oudheusden (vleeschhouwer) |
1910 | W.N.M. van Hooft (atelier van kerksieraden) - R. Kuipers |
1928 | H.W. van Nimwegen |
1991 | G. Bertens (café De Nieuwe Rode Tomaat) |